De camera is het technische oog van de fotograaf
Al ruim dertig jaar geeft TIPA prijzen voor de beste fotoapparatuur die in het jaar ervoor uitkomen. Redacteuren van fotobladen over de hele wereld komen tijdens de General Assembly bij elkaar om te stemmen voor de beste camera’s, lenzen en andere randapparatuur. Pf fotografie Magazine is al sinds het vroegste uur lid van TIPA, want als fotoblad voor professionele fotografen weten we hoe belangrijk goede apparatuur is. Foto’s worden gemaakt door de fotograaf, wordt altijd gezegd en dat is ook zo, maar die fotograaf heeft dan wel een camera in zijn of haar hand en die legt tenslotte vast wat de fotograaf ziet. De camera is het technische oog van de fotograaf. Het belang van de beste fotoapparatuur heeft de Pf daarom altijd hoog in het vaandel staan.
Tekst: Ton Hendriks

Al vanaf de uitvinding van de fotografie hebben professionele fotografen, naast hun eigen visie, goede fotoapparatuur altijd het ultieme technische startpunt gevonden. De subtiliteiten van licht, detail en moment vormen de ingrediënten om beelden te creëren die emoties kunnen oproepen of relevante verhalen kunnen vertellen. De schoonheid en kracht van het beeld wordt niet alleen bepaald door de fotograaf maar zeker ook door de techniek van de camera en de lenzen.
Beste camera’s
Enkele prijswinnende camera’s met links voor meer informatie:
- Beste middenformaat camera: Fujifilm GFX100 II
- Beste professionele hybride camera: de Sony Alpha 9 III
- Beste full frame professionele camera: Nikon Z 8
- Beste premium camera: de Leica M11-P
Mogelijkheden
Goede fotoapparatuur maakt iemand niet per definitie tot een groot fotograaf, maar biedt wel de technische mogelijkheden die nodig zijn om de visie van een fotograaf op de meest overtuigende manier te realiseren. Fotografische apparatuur – van camera’s en lenzen tot verlichting en accessoires – fungeert als een noodzakelijk verlengstuk van het oog en de geest van de fotograaf, waarmee hij of zij de eigen visie op de wereld kan omzetten in visuele kunst. De meeste camera’s kunnen hele goede resultaten leveren. Maar het zijn vooral de moderne digitale camera’s in het hogere segment, met grotere sensoren en superieure beeldverwerking, die beelden kunnen vastleggen met minutieuze details, een groot dynamisch bereik, een wijd kleurgamma en weinig ruis.
Sensorgrootte
In de wereld van de digitale fotografie worden fotocamera’s onderverdeeld in segmenten die te maken hebben met de grootte van de sensor. Er zijn middenformaat sensoren, van ongeveer 3x4cm tot 4x5cm, zoals in de huidige modellen van Fujifilm, Hasselblad en Phase One. Fullframe sensoren, zo groot als het oude kleinbeeldnegatief 24mmx36mm, zijn te vinden in de kleinbeeldcamera’s van de grote merken Nikon, Canon, Sony en Leica. De kleinere APS-H en APS-C formaten, treffen we aan in onder andere de Canon, Nikon en Fujifilm camera’s. De nog kleinere Four Thirds sensoren zijn ingebouwd in de OM System en de Panasonic camera’s. Daaronder zijn er de piepkleine 1 Inch sensoren, die je kunt vinden in compactcamera’s zoals de Canon Powershot G5 en de Sony RX100 modellen. De sensor van de nieuwe iPhone is nog kleiner: ongeveer een ½e inch.

Hoe groter de sensor, hoe meer detail er vastgelegd kan worden en, vanwege de grootte van elke pixel, hoe meer licht er kan worden opgevangen. Dat resulteert in minder ruis en een grotere kleurdiepte (bit depth). Hierdoor kunnen miljarden subtiele kleuren worden opgenomen en verwerkt, waardoor kleurovergangen in het beeld fraaier worden weergegeven. Een bijkomend effect van een grotere sensor is de geringere scherptediepte, waardoor meer kracht aan het onderwerp gegeven kan worden. Maar als een fotograaf juist veel scherptediepte wil bereiken kan een kleine sensor weer een betere keuze zijn. Bij de iPhone is vrijwel alles van voor tot achter scherp, net zoals bij het menselijk oog. De kwaliteit is dan wel vaak onder de maat.
Lens en perspectief
Op dezelfde manier als camera’s kunnen lenzen met een hoge optische kwaliteit beelden weergeven met scherpte, contrast en bokeh, waardoor de visuele kracht van foto’s vergroot wordt. Lenzen worden vaak onderverdeeld in drie groepen: de groothoeklens, de standaardlens en de telelens. Objectieven tussen de 40 en 55mm voor de kleinbeeldcamera zijn standaard. Lenzen die een korter brandpunt hebben worden groothoek genoemd en lenzen met een langer brandpunt fungeren als telelens. De meeste moderne objectieven zijn goed, maar doorgaans zijn de lenzen met een vast brandpunt en een grote diafragmaopening superieur aan de zoomlenzen.
Het brandpunt van de lens bepaalt niet alleen wat je op de foto ziet, maar schept ook een bepaalde stijl en sfeer. De groothoeklens geeft een gevoel van diepte, ruimte en grootsheid, zoals bij architectuur en landschap. De telelens toont details, isoleert objecten van de omgeving en comprimeert de afstand en het perspectief, waardoor er een intieme relatie met het onderwerp wordt geschapen. De standaardlens is een gouden tussenweg die nog net genoeg ruimte biedt en toch het onderwerp kan isoleren, vooral bij een voldoende open diafragma.
Camera en stijl
De keuze voor bepaalde camera’s en objectieven is dus niet alleen een kwestie van kwaliteit, maar zeker ook van vorm en esthetiek. Samen vormen ze de technische component van de stijl van de fotograaf. Uit de analoge tijd zijn er verschillende voorbeelden van fotografen van wie de stijl gekoppeld is aan de camera waarmee ze werkten. Ansel Adams, de klassieke meester op het gebied van landschapsfotografie, gebruikte analoge grootformaatcamera’s vanwege hun ongeëvenaarde resolutie en controle over compositie en perspectief. Meestal gebruikte hij de 8×10 inch platencamera, die uitzonderlijke details kon opnemen. En omdat elke plaat apart ontwikkeld werd, kon hij van elke opname de contrastomvang nauwkeurig bepalen.
Aan de andere kant wordt Henri Cartier-Bresson, de pionier op het gebied van reportage fotografie, vaak geassocieerd met de kleinbeeldcamera van Leica. Door de snelheid en handzaamheid van de camera kon hij de fotografie van het beslissende moment ontwikkelen. De fotocamera en de bijbehorende lenzen, als het gereedschap van de fotograaf, spelen een cruciale rol bij de ontwikkeling van een artistieke stijl en persoonlijke benadering van het vastleggen van beelden. De creatieve fotograaf gebruikt de camera niet als een verlengstuk van zijn ogen maar ook als een gereedschap om zijn visie op de wereld vorm te geven. De fotocamera kan de persoonlijke zienswijze die ontstaat in de geest van de fotograaf omzetten tot tastbare beelden die met de wereld gedeeld kunnen worden. Thomas Gerwers, de voorzitter van de TIPA, formuleerde het als volgt: “Camera’s zijn als muziekinstrumenten: ze ontvouwen hun magie alleen in de handen van een creatieve en vaardige gebruiker. Maar zonder muziekinstrumenten en camera’s worden noch geluiden, noch beelden gecreëerd, wat bewijst dat beide gereedschappen cruciaal zijn in het creatieve proces. En daarom hebben zowel muzikanten als fotografen een speciale relatie met hun instrumenten.”
Dit artikel komt uit Pf Fotografie Magazine editie 3 van 2024.
