Huisfotograaf van de hiphop exposeert
‘Ik ga gewoon geld vragen voor mijn foto’s, zodat ik nooit meer hoef te werken.’ Vanuit die gedachte ging de loopbaan van Ilja Meefout zo’n twaalf jaar geleden van start. Die missie lijkt geslaagd, al is het fotograferen soms hard werken. “Maar als je doet wat je heel tof vindt, dan voelt dat niet als werken,” aldus Meefout. Zijn passie voor fotografie en liefde voor de hiphopmuziek heeft hij weten te combineren. Hij wordt ook wel de huisfotograaf van de Nederlandse hiphopscene genoemd. Liefhebber van het genre, opgegroeid met artiesten die nu zijn doorgebroken. Ruim tien jaar is hij nu actief als fotograaf. Foto’s uit deze periode zijn te zien in de Melkweg in de expositie ‘1,2 1,2’.
Meefout groeit op in de Bijlmer. Op de Havo is het zoeken naar een juiste vervolgopleiding. “Ik was goed in natuur- en scheikunde, dus mijn decaan adviseerde aanvankelijk om daar iets mee te doen. Die vakken trokken me niet zo. Maar ik kon ook goed tekenen.” Meefout kiest uiteindelijk voor de studie grafisch ontwerpen aan de HKU. Het eerste jaar bevalt prima, ook al is het blanke, kille Utrecht een cultuurshock. “Tijdens het tweede jaar moest je je verder specialiseren. Voordat je aan de slag ging met een project, moest je een concept en schetsen indienen. Vervolgens moest je je plannen verdedigen. Het duurde weken voordat je echt aan de slag ging.” Dat staat Meefout tegen. Hij stopt steeds minder energie in school en meer in zijn bijbaan bij een bioscoop. Daar maakt hij stappen en zou hij manager kunnen worden. Maar die stap blijft uit, terwijl hij wel de verantwoordelijkheden draagt. Van de een op de andere dag besluit hij ook met zijn werk te stoppen. “Ik moest mensen dingen laten doen waar ik niet achter sta.”
Tijdens zijn studie aan het HKU heeft hij middels een basiscursus kennisgemaakt met de fotografie. “We leerden echt de basis over iso-waarden, sluitertijd, enzovoorts. Op school hadden we ook Photoshop. Docenten legden niet uit hoe dat werkte, maar je kon er wel mee oefenen.” Meefout schaft een digitale camera (Nikon Coolpix 995) aan en gaat ermee aan de slag. Fotograferen tijdens concerten, feestjes en bij opnames voor videoclips. “Omdat het een digitale camera was, kon ik gelijk zien wat ik aan het doen was. Als ik iets niet wist, stelde ik er een vraag over op een forum.”
Na de digitale camera volgt een Nikon D70. “Ik kreeg goede reacties op mijn foto’s. Maar in de eerste acht maanden verdiende ik er niets mee. Het heeft bijna een jaar geduurd voordat ik mijn eerste betaalde opdracht kreeg.” Tijdens een concert van Most Official schiet hij de eerste foto die in zijn ogen goed genoeg is om te publiceren. “Een foto van Sugacane, met capuchon op, als stereotype rapper. De compositie was goed, evenals de kleuren en de foto was scherp. Ik wilde de foto verkopen aan Sugacane, maar ik wist niet hoe ik met hem in contact moest komen.”
Via een vriend die toen net een radioshow hostte, Vincent Reinders (de oprichter van 22tracks), komt hij in contact met Kees de Koning, dj en oprichter van platenlabel Top Notch. De Koning had eerder met Sugacane gewerkt, dus Meefout hoopt via hem in contact met de rapper te komen. “De Koning bladerde even door het stapeltje concertfoto’s dat ik mee had genomen. Kort daarna vroeg hij of ik de eerste Buitenwesten show wilde fotograferen. Een onbetaalde opdracht. Daarna mocht ik een shoot doen tijdens de clipopname van K-Liber en Def Rhymz, ook onbetaald. Een van de foto’s kwam echter op de hoes en daarmee verdiende ik mijn eerste geld. Vlak daarna maakte ik een portret van Lange Frans en Devin the Dude. Dat is de eerste cover van State Magazine geworden.”
En daarmee gaat zijn carrière als hiphopfotograaf echt van start. “Ik kende veel van de jongens in Nederland al, ik ben met ze opgegroeid. Mijn drive was vooral om die jongens goed op de foto te krijgen. De hiphopscene werd in Nederland niet echt serieus genomen. Maar die jongens verdienden het om goed op de foto te komen en niet alleen te worden gefotografeerd als stereotype rappers.”
Naast Nederlandse artiesten, fotografeert Meefout ook internationale sterren. Hoe is het om te werken met mensen die je bewondert? “Het is aan de ene kant heel tof. Aan de andere kant wil ik gewoon goede foto’s maken. Ik ben daar niet als een soort groupie aanwezig. Na een shoot ga ik ook nooit met de artiest op de foto. Meestal heb je maar kort de tijd. In die tijd probeer ik de energie of sfeer vast te leggen, van hoe ik hun muziek ervaar. Dat lukt natuurlijk niet helemaal, je pakt altijd maar een klein aspect van iemand. Het is heel tof om samen te werken met een artiest, om even een soort interactie te hebben.”
Was hij in het begin een van de weinige fotografen in het vakgebied, tegenwoordig is er veel meer concurrentie. Dat maakt dat hij niet altijd de prijzen kan vragen die hij zou willen. Maar met de groei van de hiphopmuziek in Nederland ontstaan wellicht nieuwe kansen. “Artiesten als Mr Probz en Typhoon heb ik in het verleden meerdere keren gefotografeerd, ook bij me thuis. Geweldig om te zien hoe ze nu zijn doorgebroken. Typhoon bijvoorbeeld, die heeft meermaals de Heineken Music Hall uitverkocht. Met die toenemende populariteit worden ze ook voor commerciële partijen interessant. Bijvoorbeeld om ze in te zetten voor een reclamecampagne. Ik hoop dat ik in de toekomst voor dat soort partijen ook foto’s kan maken, omdat ik het verhaal van de artiesten en merken die ze vertegenwoordigen op een natuurlijke manier kan overbrengen.”
De expositie ‘1,2 1,2’ is in de Melkweg te zien van 8 april tot en met 16 mei. Meer informatie: www.iljameefout.com.