terug

Bedrieglijke schoonheid van het oerwoud

Foto Olivia Lavergne

De Franse Olivia Lavergne reist naar afgelegen plaatsen, waaronder het oerwoud, om de natuur te ondergaan, zich erin onder te dompelen en naar haar hand te zetten. Dat laatste is te zien in haar serie ‘Jungles’. Hier lopen realiteit en fictie door elkaar heen. Haar foto’s doen denken aan de klassieke schilderkunst dankzij het spel met licht en donker en typische landschapskleuren als oker, groen en blauw. Haar werk is te zien tijdens Noorderlicht.

Het vinden van de juiste plekken voor haar foto’s vraagt om geduld en doorzettingsvermogen. “Tijdens de voorbereiding op een expeditie overleg ik met mijn gids over de beste plekken om foto’s te maken. Ik zoek plekken met een sterke visuele potentie, die verbeelding oproepen. Voor ik foto’s ga maken, wandel ik door het gebied. Dat maakt het ook een fysieke beleving. Het voelt alsof ik onderdeel uitmaak van een voorstelling, die op dat moment, op die plek wordt opgevoerd.”

Bloedzuigers

“Soms moet je dagen lopen om de beste plek te vinden. Rivieren oversteken, over modderige paden wandelen. De omstandigheden zijn zwaar: in het oerwoud is warm en vochtig. Als het dagen heeft geregend, staat er een sterke stroming in de rivieren. Dan is het lastig om rechtop te blijven te staan wanneer je de rivier moet doorwaden. Het terrein is soms erg glad en de hellingen zijn steil. Vaak moet je je vastgrijpen aan bomen of wortels om te voorkomen dat je wegglijdt en in een ravijn belandt. Terwijl je je een weg door het oerwoud baant, proberen de bloedzuigers een opening te vinden tussen je hoge sokken en jeans, of weten ze binnen te dringen via het ventilatiegaatje van je wandelschoen.”

“Overdag bruist het van het leven in de bomen; het terrein van de gibbons, orang-oetans, makaken en allerlei vogels. In het oerwoud heb ik insecten gezien die zo uit een science fiction film leken te komen, net als grote bloemen, geurige, vreemde bomen en andere levensvormen die ik niet kende.”

Koningscobra

Voor een expeditie verblijft ze meerdere dagen in het bos. “Afhankelijk van het terrein en de aanwezige kruipende wezens, slapen we in hangmatten onder bomen of in tenten. Vaak kamperen we in de buurt van een waterbron. Tijdens zonsopkomst en de schemering vibreert het bos als het ware: alles beweegt en de geluiden zijn disproportioneel hard. ’s Nachts komen alle dieren tevoorschijn. Het is altijd opletten in het oerwoud. Tijdens een nachtexpeditie kruiste ik het pad van een koningscobra, de langste en giftigste slang ter wereld. De slang schrok en vluchtte weg. De kleinste slangen zijn echter het gevaarlijkst: deze zijn niet goed zichtbaar en erg giftig. Daarom is mijn gids erg belangrijk, hij is mijn beschermengel.”

Lees verder in Pf nr. 6, met als thema ‘De Natuur’. Bestel ‘m hier.

 


Bekijk ook deze items