Nick Ut: ‘Ik ben triest over de oorlog in Syrië’
Als er een foto is geweest die de geschiedenis heeft veranderd dan is dat wel de beroemde ‘Napalmmeisje’ tijdens de Vietnam oorlog, gemaakt door de Vietnamese fotograaf Nick Ut. Hij won in 1973 de World Press Photo en de Pulitzer Prijs met zijn aangrijpende foto van het meisje Kim dat getroffen werd door een napalm bom. Ik sprak met Nick Ut, die al veertig jaar in Los Angeles woont, tijdens het World Press Photo Festival in Amsterdam, waarvoor hij speciaal was uitgenodigd.
Ut, nu officieel met pensioen, loopt rond met zijn digitale Leica, elk moment paraat om te fotograferen. Het is niet de eerste keer dat Ut wordt geïnterviewd over zijn prijswinnende foto. “Ik werk nu al vijftig jaar voor AP. En ik heb oneindig veel andere foto’s gemaakt. Nu schiet ik met mijn digitale camera soms duizend foto’s per dag, maar als ik mijn naam googel, zie ik elke week weer nieuws over mijn foto uit 1972. Iedereen vraagt over deze ene foto.”
foto: Nick Ut
Nick Ut maakte de foto op 8 juni 1972 nabij het dorp Trang Bang. De Vietcong hadden snelweg 1 geblokkeerd en er waren hevige gevechten. In de middag vloog er een vliegtuig over die twee bommen liet vallen. De tweede bom bevatte napalm. Ut maakte opnamen met een telelens van de plek waar de bom viel. Hij zag er veel rook vandaan komen en na een tijdje kwam de oma van Kim met een baby op haar arm van die plek vandaan rennen. Ut maakte foto’s van de stervende baby en zag meteen daarna het negenjarige meisje Kim Phúc komen aanhollen samen met een aantal andere kinderen. Nadat Ut de foto van Kim had gemaakt, legde hij zijn camera weg en begon hij aan haar heroïsche reddingsoperatie. Hij besprenkelde haar rug met water en nam haar mee in zijn auto naar een ziekenhuis. In de auto riep Kim steeds dat ze zou sterven. Later zou Ut zeggen dat hij zich het lot van Kim zo aantrok dat hij zelfmoord zou plegen, als zij niet overleefd zou hebben. Bij het ziekenhuis wilden ze Kim niet helpen waarna hij zijn perskaart liet zien en hij hen waarschuwde dat als ze haar niet zouden helpen het ziekenhuis in opspraak zou raken. Daarna spoedde hij zich naar het kantoor van AP om de foto te ontwikkelen. “Meteen nadat de foto gepubliceerd werd, belden journalisten mij op om het verhaal te horen, maar ik zei dat het meisje nog in leven was en dat ze haar moesten spreken want haar verhaal was belangrijk.”
De foto van de naakte Kim ging al gauw de hele wereld door. De foto werd gebruikt door de anti-Vietnam beweging om het protest tegen de oorlog te versterken. “Door mijn foto van Kim werden de mensen over de hele wereld kwaad. En daardoor gaf Nixon het op. Hij stopte de oorlog. Hij wilde dat de Amerikanen Vietnam zouden verlaten. Maar Nixon was aanvankelijk kwaad op de foto, want hij zei dat als het echt napalm geweest zou zijn, Kim al lang overleden zou zijn. Zijn adviseurs lieten hem zeggen dat zij verbrand was door kookolie en niet door napalm. Maar mijn foto beëindigde de oorlog. In Amerika kwam ik later veel soldaten tegen, die tegen mij zeiden: ‘Nicky, door jouw foto mocht ik eerder naar huis. En ik wilde niet sterven, dus jij hebt mijn leven gered. Ze droegen allemaal mijn foto bij zich.”
Sinds Kim naar Canada verhuisde heeft Nick contact met haar onderhouden. Hij heeft haar begeleid met haar genezingsproces en zij zijn nu familie voor elkaar. “Nu is Kim de voorvechtster van de anti-oorlog beweging. Ik sprak haar nog enkele dagen geleden. Wij hebben een hele goede vriendschap. Wij zijn als familie voor elkaar. We bellen elkaar regelmatig op. Zij heeft nog steeds heel veel pijn in haar rug. Ook in haar linker arm. Tachtig procent van haar huid was verbrand. Verleden jaar kreeg ze nog een behandeling in Miami. Ik was erbij. Ze zal altijd voor een deel gehandicapt blijven. De behandelingen zijn er alleen op gericht dat ze zich beter voelt maar niet om haar echt te genezen. Haar rug ziet er nog zo slecht uit.”
Wat vindt Ut van de chemische wapens die nu door de Syrische regering worden gebuikt in de strijd tegen de rebellen? “Ik ben zo kwaad dat Syrië ook weer chemische wapens gebruikt. Veel mensen in Vietnam zijn gestorven aan Agent Orange, het ontbladeringsmiddel. Als ik terug ga naar Vietnam koop ik altijd speelgoed voor de kinderen van de overlevenden daarvan. Ook de tweede generatie ondervindt de gevolgen van de chemische oorlogsvoering. Een paar jaar geleden ging ik naar Hanoi in Noord-Vietnam en daar kwam ik veel vrouwelijke soldaten tegen. Zij vochten tegen de Amerikanen op Hoi Chi Min weg en nu zijn hun kinderen gedeformeerd door Agent Orange. Ik ben er zeker van dat na de oorlog in Syrië er ook veel kinderen zullen zijn die geboren worden met afwijkingen. Er sterven nu nog veel meer mensen dan in de Vietnam oorlog. Ik ben daar heel triest over.”
Ut ziet dat tegenwoordig de fotografie geen grote impact meer op de politiek heeft, maar hij gelooft desondanks in de kracht van de fotografie. “Je ziet dat nu vele mensen kwaad zijn. Belangrijke Hollywood acteurs zijn verontwaardigd over de president. Zij spreken zich uit tegen de oorlog, maar het haalt niet veel uit. Maar als er een echte gruwelijke foto naar buiten komt zal het nog steeds een impact hebben, denk ik. Het is nog steeds van groot belang dat fotografen de oorlog verslaan. Als ik jong zou zijn, zou ik ook naar Syrië en Irak gegaan zijn. Veel Amerikanen zeggen mij ook: ‘Nicky, ga opnieuw oorlogsfoto’s maken want jij kunt een verandering veroorzaken’. Ik zeg dan: ik zou het heel graag gedaan hebben maar ik ben niet jong meer. Ik ben nu 66 jaar en ik heb een gezin. Ik wil niet dat mijn gezin er onder zou lijden. Toen ik de Vietnamoorlog versloeg was ik single. Ik werd drie keer beschoten, maar ik had elke keer geluk. Ik ging tijdens het bewind van Khmer Rouge naar Cambodja. Als ze me zouden kidnappen zou ik vermoord worden. Ik droeg geen wapens, want ik wil zelf geen mensen vermoorden. Ik weet niet eens hoe ik moet schieten. Maar in die tijd waren er twee bevriende fotografen die naar Cambodja gingen en nooit meer terug kwamen.”
Nick Ut maakt ondanks zijn pensioen nog steeds foto’s voor AP. “Als je fotograf ben, houd je nooit op. Ik schiet van alles, landschap, mode, features. Ik ben nu bezig met mijn boek, dat volgend jaar uitkomt.”
Kim kwam via omwegen (Duitsland en Cuba) in Canada terecht waar ze nu nog woont. In 1994 werd Kim Phuc uitgeroepen tot Goodwill Ambassadeur voor UNESCO. In 1999 verscheen haar boek The Girl in the Picture: The Story of Kim Phuc, the Photograph, and the Vietnam War. Kim heeft haar eigen stichting opgericht: Kim Foundation, een organisatie die kinderen helpt, die slachtoffer geworden zijn van oorlogen.