terug

Veel keuze bij sensorformaat

Met de komst van nieuwe full frame systeemcamera’s van Nikon, Canon en Panasonic, lijkt het alsof full frame de enige norm is voor serieuze fotografie en dat andere sensormaten er niet meer toe doen. Natuurlijk is er veel te zeggen voor camera’s met een sensor ter grootte van het aloude kleinbeeld formaat. Maar staar je niet blind op de afmetingen van de sensor. Kies liever het systeem dat bij jouw werk en jouw manier van werken past.

 

De verhoudingen van de sensors. De grootste sensor vind je in de Phase One XF IQ4, een high end middenformaat camera met een losse achterwand die ook technische camera’s kan worden gebruikt. De sensormaat is 40×53,4mm. Het aantal pixels is 150 miljoen.

Er zijn heel veel verschillende soorten fotografie, van sport tot portret, van macro- tot astro-, van product- tot architectuurfotografie. Iedere vorm van fotografie kan ook nog eens op totaal verschillende manieren worden aangepakt. Lange telelenzen zijn ideaal voor sport- en natuurfotografie. Maar dat zijn groothoekobjectieven ook. Hetzelfde geldt voor sensormaten en camerasystemen. Voor portret-, mode- en productfotografie wordt veel gebruik gemaakt van full frame, maar er zijn nog steeds fotografen en opdrachtgevers die hiervoor de voorkeur geven aan middenformaat. Andere vormen van fotografie vragen soms juist om kleinere en lichtere systemen. Wie veel reist of fotografeert in gebieden die vragen om een discrete aanpak, doet er misschien beter aan om naar een APS-C systeem of zelfs naar een Micro Four Thirds te kijken. Ook veel sport-en natuurfotografen kiezen vaak voor een APS-C camera, als is het maar om ‘erbij’ te hebben, omdat de kleinere sensoren zorgen voor een kleinere beeldhoek en dus voor wat extra telebereik.

Full frame

Kleinbeeld of ‘full frame’ is, zoals de Engelsen dat zo mooi zeggen: de olifant in de kamer. Het is het formaat waar je als professionele fotograaf niet zomaar omheen kan. Kleinbeeld is een formaat dat al decennialang toonaangevend is. Canon en Nikon, twee grootmachten in de camerawereld, maken al sinds halverwege de vorige eeuw kleinbeeldcamera’s voor zowel amateurs als professionals en beschikken over de grootste keuze in objectieven. Sony lijkt een relatieve nieuwkomer als concurrent van Nikon en Canon, maar heeft met de overname van Minolta wel degelijk een flinke hoeveelheid camerageschiedenis in huis. De beeldkwaliteit die tegenwoordig mogelijk is met een full frame sensor overtreft ruimschoots dat van analoog kleinbeeld en komt eerder overeen met middenformaat film. Zowel Nikon, Canon als Sony brengen hun meest robuuste camera’s met de meeste mogelijkheden allemaal uit in full frame. Wie zoekt naar speciale objectieven, van fisheye tot supertele en van tiltshift tot meer dan 1:1 macro, komt ook al snel bij full frame uit. Voeg hierbij de uitstekende prestaties bij hoge ISO-waardes, het grote dynamische bereik en de flinterdunne scherptediepte die je met lichtsterke objectieven kan bereiken, en de aantrekkingskracht van full frame is zondermeer duidelijk. Dit is het formaat waar je als eerste aan moet denken als je een carrière in de fotografie overweegt. Naast de kosten kunnen ook gewicht en afmetingen een reden zijn om juist niet voor dit formaat te kiezen. In de wedloop om de hoogste beeldkwaliteit krijgen de sensoren steeds meer pixels en dat is van invloed op de objectieven. Die worden namelijk steeds groter en zwaarder. De nieuwe 50mm f/1.8 voor de Nikon Z-serie weegt 415 gram. Dat is veel voor een f/1.8. De nieuwe Sigma 40mm f/1.4 Art weegt maar liefst 1200 gram. De kwaliteit is er naar, maar de vraag is of je daar als fotograaf mee op stap wil. Gelukkig is er meer keus.

De Panasonic GH5 is een van de beste hybride camera’s met een 13x18mm Micro Four Thirds sensor met 20 miljoen pixels.

De ‘crop’ sensor

De beeldkwaliteit van de huidige APS-C modellen is niet alleen beter dan kleinbeeld film, maar ook beter dan de full frame camera’s van 10 jaar geleden. Maak je niet op regelmatige basis billboards of museale prints op grootformaat, dan is de kwaliteit meer dan voldoende. En de voordelen van APS-C zijn legio. Zowel de camera’s als de objectieven zijn lichter, kleiner en goedkoper. Als bruidsfotograaf ben je na een dag werken met twee APS-C camera’s om je nek minder versleten dan met full frame. Als portretfotograaf kom je minder intimiderend over met het kleinere formaat. Het is eigenlijk het ideale formaat voor reportagefotografie. Zie APS-C als het nieuwe kleinbeeld. Formaat en gewicht van APS-C camera’s en objectieven komen meer overeen met de ouderwetse analoge kleinbeeldcamera’s dan bij digitaal full frame het geval is. Daarom is het heel jammer dat je als professional zo weinig keus hebt in serieuze APS-C systemen. Het formaat wordt bij de ‘Grote Drie’ een beetje als stiefkind behandeld. Zowel bij Canon, Nikon als Sony kun je bijvoorbeeld geen compacte, lichtsterke telezoom objectieven krijgen die speciaal voor dit formaat zijn gemaakt. Ook maken zij maar weinig vaste brandpunten speciaal voor APS-C. Op een enkele uitzondering na zijn de meeste zooms niet lichtsterk, hebben ze een variabel diafragma en is de beeldkwaliteit minder dan het beste dat je voor full frame kan krijgen. Voor deze camerafabrikanten is dat strategie: zo proberen ze je te verleiden om over te stappen naar het duurdere full frame formaat waar de winstmarges hoger zijn. Hoe het wel kan en moet, laat Fujifilm zien. Dat is het enige merk met een vrijwel volledige reeks objectieven voor APS-C, zowel in zooms als vaste brandpunten. De lichtsterke vaste brandpunten van Fujifilm voor het APS-C formaat zijn van hoge kwaliteit en toch heel compact. Er is keuze in lichtsterke, weerbestendige zooms en de camera’s bieden functioneel alles wat je in full frame ook kan krijgen en soms nog een beetje meer.


Nog kleiner

Onder APS-C zit nog een sensorformaat dat relevant is voor serieuze fotografie en dat is Micro Four Thirds. De sensor van dit formaat is vier keer kleiner dan kleinbeeld. Bij veel professionele fotografen leeft het idee dat dit formaat te klein is voor een professioneel resultaat. De vooroordelen draaien allemaal om ‘equivalentie’. Om hoe je brandpuntsafstanden en diafragma’s om moet rekenen naar kleinbeeldnormen. Panasonic en Olympus, de twee camerafabrikanten die met dit formaat zijn gestart, maken beide een 25mm f/1.7. Qua beeldhoek komt dit objectief overeen met een 50mm op kleinbeeld. Qua lichtsterkte is het een f/1.7. De scherptediepte komt echter overeen met dat van een 50mm f/3.4 op kleinbeeld. Je krijgt met zo’n 25mm f/1.7 dus veel minder achtergrondonscherpte op volle opening dan met een 50mm f/1.7 op full frame. Critici wijzen er daarbij ook nog eens graag op dat het objectief misschien wel f/1.7 is wat de lichtsterkte betreft, maar dat de sensor desalniettemin toch maar een kwart van het licht opvangt van een fullframe sensor, gewoon omdat hij maar een kwart van de afmeting heeft. Dat is allemaal waar. Maar op pixelniveau vangt een Micro Four Thirds camera nog steeds evenveel licht als een full frame camera. En wat dat bokeh betreft, lang niet altijd is die flinterdunne scherptediepte die je met f/1.4 objectieven op full frame kan krijgen gewenst. Bij weinig licht kan de kleinere sensor zelfs een voordeel zijn, zeker als je filmt. Wanneer je een bepaalde hoeveelheid scherptediepte nodig hebt, zeg f/5.6 op full frame om twee personen in een shot scherp te krijgen, dan kun je diezelfde opname met Micro Four Thirds op f/2.8 schieten. Omdat bij filmen de sluitertijd vast ligt op 1/50eseconde bij filmen met 25 beelden per seconde, betekent dit dat je op full frame een vier maal hogere ISO waarde moet gebruiken voor hetzelfde resultaat. En dan is ieder voordeel dat full frame biedt wel weg. Dat is echter niet de enige reden om serieus naar Micro Four Thirds te kijken, zelfs als professional. Panasonic en Olympus waren de eerste merken die met spiegelloze systeemcamera’s kwamen. Ze hebben hierdoor jaren voorsprong op kunnen bouwen ten opzichte van concurrenten. De keuze die je bij beide merken hebt aan body’s en objectieven is enorm, van waterbestendige professionele modellen met een uitstekende ergonomie tot compacte opties voor onopvallende straat- en reportagefotografie. Van lichtsterke vaste brandpunten en zooms tot kwalitatief hele goede lange tele’s die compact en licht zijn. De betrouwbaarheid en degelijkheid van de professionele Olympuscamera’s vind je enkel bij de beste camera’s van andere fabrikanten. De prijs die je daarvoor bij andere merken betaalt is letterlijk twee keer zo hoog, zowel in geld als gewicht en afmetingen. Panasonic is al jaren toonaangevend op het gebied van hybride camera’s. De GH5 is de foto/film camera die nog altijd de meetlat is waartegen de prestaties van de concurrentie wordt afgezet. Zowel bij Panasonic als Olympus kun je een volledige kit samenstellen voor professioneel gebruik – met een of meer body’s en een reeks aan objectieven – die nog altijd met gemak in een ‘carry-on’ rugzak past die zelfs bij de strengste vliegmaatschappijen gewoon als handbagage mee mag. De beeldkwaliteit is ruim voldoende voor uitstekende A3 prints en groter. Een National Geographic fotograaf als Amos Chapple werkt bijvoorbeeld met Micro Four Thirds. En met goede redenen.

De Fujifilm GFX 50S is een van de populairste middenformaat camera’s. Op de sensor van 33x44mm zitten 50 miljoen pixels.

 


Of juist groter

Voor fotografen die op zoek zijn naar de ultieme beeldkwaliteit is er ook nog middenformaat. Het oude, analoge middenformaat begon bij 6×4,5cm. Het moderne, digitale middenformaat eindigt bij 40x54mm. Er zijn maar twee merken die deze high end systemen leveren: Hasselblad en Phase One.  Met de nieuwste Phase One XF IQ4 haal je dan maar liefst 150 megapixel in huis. Wil je die sensormaat, dan moet je daar een flink bedrag voor neertellen. Denk aan een modaal jaarsalaris of meer voor een compleet systeem. Uiteraard krijg je daarvoor een ongeëvenaarde kwaliteit in huis.

Er is ook een iets kleiner middenformaat dat een sensormaat heeft van 33x44mm. De prijzen van camera’s met die sensor zijn de afgelopen jaren gestaag gedaald. Pentax was de eerste die enkele jaren geleden de barrière van 10.000 euro doorbrak met de digitale Pentax 645. De eerste spiegelloze digitale middenformaat camera, de Hasselblad X1D, zit daar net iets boven. Fujifilm halveert dat bedrag ruimschoots met de recent geïntroduceerde Fujifilm GFX50R. Daarmee is dit formaat echt betaalbaar geworden. De sensor is iets groter dan full frame en wordt door Fujifilm ook wel half schertsend ‘Super Full Frame’ genoemd. En dat is misschien wel een betere benaming dan middenformaat. Een kenmerk van het oude, analoge middenformaat was de bijzondere overgang die je kreeg van scherp naar een hele fraaie onscherpte. Dat zie je nog steeds een beetje bij 33x44mm sensoren, maar het verschil met full frame is op dit punt klein, mede doordat er voor 33x44mm weinig lichtsterke objectieven zijn. Ook in termen van pure resolutie zit er weinig verschil met de beste full frame camera’s. De goedkoopste Fujifilm GFX 50R heeft net als bijvoorbeeld de Canon 5DS 50 megapixel. Die zitten bij de Fujifilm dan wel op een grotere sensor en dat voordeel zie je terug in bijvoorbeeld een duidelijk groter dynamisch bereik dan de Canon. En is 50Mp niet voldoende, dan is er ook nog de Fujifilm GFX100S, met twee maal zoveel pixels. Inmiddels heeft Fujifilm drie modellen met deze sensormaat en groeit de keus aan objectieven gestaag.

Zoek de verschillen. Harpa, het concertgebouw in Reykjavik. Welke is gemaakt met een Sony A7R met 36 megapixel full frame sensor zonder anti alias filter met 24mm f/2.8 vast brandpunt objectief. En welke met een Panasonic GX met 20 megapixel sensor met verzachtend anti alias filter en 12-35mm f/2.8 zoomlens. Beide zijn laat op de dag uit de hand genomen. Op 100 procent op een monitor is er net een verschil te zien, maar zijn de verschillen in druk ook nog zichtbaar? Kortom, moet je voor professioneel werk perse een full frame hebben, of kan het ook met iets anders?

Open blik

De keuze aan systemen is groot. Middenformaat kan eindelijk ook op prijs weer de concurrentie aan met de top in full frame. Full frame blijft zich door ontwikkelen maar wordt wel steeds groter en zwaarder als je tenminste de maximale kwaliteit eruit wil halen. Ondertussen wordt ook de beeldkwaliteit van kleinere sensoren steeds beter en bieden APS-C en zelfs Micro Four Thirds voldoende kwaliteit en functionaliteit om een goed professioneel resultaat neer te zetten. Bekijk daarom alle systemen eens met open blik en zet de verschillende mogelijkheden eens naast elkaar.

Wil je meer technische informatie voor de professionele fotograaf? Abonneer je nu en krijg in 2019 de Pf thuis. Hoge korting voor studenten fotografie en voor leden van de Dupho.