Sjoerd Knibbeler, fotograaf, kunstenaar & uitvinder in één
Hij behoort tot de ‘Foam Talents’ van 2015, onlangs uitgeroepen door het Amsterdamse fotografiemuseum Foam. Eerder dit jaar won hij de ‘Grand Prix du jury Photographie’ van het internationale festival van mode en fotografie in Zuid-Frankrijk. Tijd om kennis te maken met Sjoerd Knibbeler en zijn artistieke behoefte het onzichtbare, zichtbaar te maken. Knibbeler bouwt zelfbedachte ruimtelijke installaties waarmee hij natuurkundige experimenten laat plaatsvinden in zijn studio. Zo kon het gebeuren dat hij een tornado wist te fotograferen in een vitrinekast. Knibbeler: “Het uitvinderschap vind ik waanzinnig interessant.’’
Gefeliciteerd. Uit 1208 inzendingen uit 67 verschillende landen ben je door Foam geselecteerd als 1 van de 21 talenten van 2015. Blij? Wat heb je opgestuurd?
“Ja ik ben erg blij met de selectie. Voor de ‘Foam Talent Call’ heb ik ongeveer 10 beelden opgestuurd uit mijn recente serie ‘Current Study’ en ‘Paper Planes’. Het is werk waar ik de afgelopen drie jaar aan heb gewerkt.”
De oproep van Foam kwam voor jou dus op het juiste moment?
“Ja, het werk was af. Ik had iets liggen waarmee ik de boer op kon. Dus heb ik voor allerlei competities en wedstrijden werk ingezonden. Dat hoort er toch wel een beetje bij. Dat soort wedstrijden kunnen enorm helpen met de zichtbaarheid van je werk. Het komt daardoor op plekken te hangen waar je werk echt gezien wordt. Het heeft op allerlei manieren heel veel invloed op je carrière.”
Je hebt je als fotograaf ten doel gesteld om alles wat niet visueel is, visueel te maken. Hoe ga je te werk om dat voor elkaar te krijgen?
“Ik ben min of meer een studiofotograaf. Ik fotografeer voornamelijk in de studio, maar ik trek er wel op uit om onderzoek te doen. Ik laat me bijvoorbeeld uitnodigen bij wetenschappers die verstand hebben van het onderwerp dat me interesseert. De uitkomsten van het onderzoek neem ik mee terug de studio in. Het onderzoek dat ik verricht, resulteert in het werk dat ik maak. Geconstrueerde fotografie wordt het ook wel genoemd, want het object dat ik uiteindelijk fotografeer bouw ik zelf. Deze manier van werken stelt me in staat de grenzen van het medium fotografie op te zoeken. Wat lukt nog en wat kun je niet fotograferen? Het is veel trial & error. Ik heb een idee en dan moet ik bezig met bepaalde natuurkundige principes. Problemen die ontstaan moet ik zien op te lossen. En dan is de vraag: hoe ga ik dat aanpakken? Maar dat vind ik nu juist het leuke. Om alles zelf uit te dokteren en uit te vinden.”
Welke camera gebruik je?
“Ik fotografeer mijn meeste werken met een technische camera en schiet ook nog op film. Dat is voor mij belangrijk omdat ik achteraf heel weinig beeldmanipulatie wil doen. Voor de camera manipuleer ik al veel, dus de foto moet eigenlijk gelijk goed zijn. Ik werk met een Chamonix 045F1. Deze camera stelt me in staat om het perspectief te corrigeren en zo de objecten die ik fotografeer heel precies te kadreren. Daarnaast vind ik het ontwerp van de camera, die gemaakt is van hout en carbon, ook gewoon erg mooi. Het oog wil ook wat.”
Hoe heb je een tornado in je studio kunnen fotograferen?
“Om deze foto te kunnen maken heb ik een vitrinekast ontworpen, bestaande uit vier glasplaten. Deze glasplaten sluiten niet helemaal nauw op elkaar aan. In elke hoek zit er een kleine opening. Een stofzuiger zuigt lucht uit de afgesloten kast. Hierdoor ontstaat er een vacuüm. Tegelijkertijd vult de kast zich weer met lucht doordat dit kan ontsnappen via de hoeken. Omdat dit op alle vier hoeken gebeurt, ontstaat er een vortex; oftewel een tornado. De tornado is op dat moment nog niet te zien. De luchtverplaatsing is onzichtbaar. De tornado wordt pas zichtbaar door het opgieten van kokend water op het droogijs, dat op de bodem van de kast ligt. De rookontwikkeling die hierdoor ontstaat, maakt dat ik de tornado kan fotograferen. Ik ben er heel blij mee dat VPRO’s Kunstuur dit hele proces zo mooi in beeld heeft gebracht.”
Hoe is de serie Paper Planes tot stand gekomen?
“Via een levendige internet community van luchtvaarthistorici kwam ik op het spoor van oude afgekeurde ontwerpen van vliegtuigen. Sommige modellen waren wel ouder dan 80 jaar. Deze vliegtuigen zijn nooit in productie genomen en hebben dus nooit gevlogen. Ik vond het een interessant gegeven dat ze via de community toch nog de wereld rondvliegen als papieren concepten. Toen kwam ik op het idee om 16 modellen tot leven te wekken op papier, het materiaal waarop het idee is ontstaan en vormgegeven. Aan de hand van de technische tekeningen en ‘artist impressions’ wist ik de vliegtuigen uit papier te vouwen.”
Ga je door met dit concept; het visueel maken van wat we niet direct zien, zoals wind?
“Ja, daar ga ik zeker mee door. Mijn serie ‘Current Studies’ die nu in het Foam Talent Magazine staat, bestaat nu uit acht beelden. Het zijn telkens experimenten die ik doe en dat gebeurt heel erg in het nu. Daar refereert de titel ook aan. Die serie wil ik graag uitbreiden en is voor mijn gevoel nog niet af. Ik stop ermee op het moment dat ik denk dat ik er ben. Voorlopig ga ik dus ook door met het fotograferen van wind.”
Welk visueel spektakel staat ons nog meer te wachten? Ik las iets over windtunnels in samenwerking met de TU in Delft.
“Ik ben ook bezig met wat nieuwe plannen, maar daar kan ik nog niet zoveel over vertellen. Laten we het houden op het fotograferen van natuurlijke fenomenen. Dat heeft sowieso mijn fascinatie. En ja het klopt, ik ben ook met windtunnels bezig, maar dat is nog niet af, dus daar kan ik nog niet zoveel over zeggen.”
Wat ben je meer, een beeldend kunstenaar of fotograaf?
“Ik zie mezelf echt als beeldend kunstenaar. Ik maak ook video’s en mijn foto’s zijn ook niet alleen maar te zien als afdrukken aan de wand. Ze kunnen een andere vorm aannemen in de materialen. Bij mijn laatste tentoonstelling projecteer ik ook foto’s op plexiglas. Zulke foto’s zie ik dan meer als een object. Een foto kan wat mij betreft ook los in de ruimte staan zoals de tornado achter glas die ik gemaakt heb. Daardoor gaan formaten en materiaalgebruik een belangrijke rol spelen. Voor de ‘Paper Planes’-serie heb ik een diashow gemaakt die ik laat afspelen in een speciaal ontworpen projectiebox. Het gaat er voor mij niet alleen maar om wat er te zien is, maar ook om hoe het wordt getoond.”
Waarom eigenlijk nog een foto maken als je een ruimtelijke installatie kunt laten zien?
“Veel van de experimenten die ik doe, bestaan maar heel kort. Die kan ik niet eindeloos laten lopen. Ik kan geen tornado maken die continu doorgaat. Ik wil nu juist vanuit mijn opleiding als fotograaf dat onzichtbare vastleggen. De split second die ik heb, wil ik vastleggen. Mijn opgewekte tornado duurt gemiddeld tien tot 15 seconden. Daarin verandert de vorm heel erg. Ik ben op zoek naar het beeld waarop de vorm van die tornado optimaal is. Dus ik heb er denk ik wel een keer of 40-50 water overheen gegooid, voordat ik dé foto had.”
Meer over Sjoerd Knibbeler
Komende exposities waarin het werk van Knibbeler is te zien:
18 sep t/m 20 sep – Unseen Photo Fair – Amsterdam – NL
23 sep t/m 24 oct – Digging up Clouds – Espace Quai1 – Vevey – CH
11 nov t/m 20 dec – Foam Talent – Atelier Néerlandais, Paris – F