terug

Stephen Mayes: Fotografen zijn scheppers van licht

door Stephen Mayes

In nummer 9 van 2018 publiceerden we in Pf een kritische column over de positie van de fotograaf. We bieden deze nu aan onze online lezers aan. 

Dit artikel kan een probleem vormen voor sommige lezers. Neem je onzekerheid voor lief en beschouwen je jezelf als fotograaf in een wereld die, volgens sommigen, niet langer waarde hecht aan fotografie, lees dan verder. Het levert je misschien wel een leuke excursie op naar allerlei mogelijkheden en onzekerheden. Maar als je op zoek bent naar de geruststellende continuïteit van werken in een gevestigd beroep en je niets anders wil dan een bijgewerkt bedrijfsmodel dat verstoringen van het internet opvangt, dan is dit artikel waarschijnlijk teleurstellend en mogelijk irriterend.

 

portret van Stephen Mayes Pride Photo judging June 2013 © Trea van Drunen

De gemeenschappelijke factor die ons allemaal bindt is verwarring en wat ons scheidt is onze houding tegenover die verwarring. Voor degenen die bang zijn is dit een tijd van beperkte kansen, bezuinigingen en harde toepassingen van wetten en voorschriften die onze loopbaan in de vorige eeuw hebben beschermd. Voor de waarlijk creatieve geest is elke periode van verstoring een tijd om verandering aan te grijpen als een uitnodiging om uit te breiden. Nu, als nooit tevoren in mijn snel groeiende ervaring, is er een gelegenheid om onze rol als visuele communicatoren opnieuw uit te vinden en de regels van ons werk te herschrijven.

Leverancier van beelden

Neem bijvoorbeeld alle aannames die we accepteren bij het label ‘fotograaf’. Al 170 jaar vonden fotografen een rol in handel, journalistiek, kunst en een groot aantal nichespecialiteiten. Ongeacht onze markt of vorm van creatieve expressie accepteerden we allemaal een extreme beperking van onze functie die onze status beperkte tot die van een leverancier. Dit was zeker een glansrijke vorm van leverantie, die (in ieder geval in onze eigen geest) op een hogere ladder stond dan de leveranciers van briefpapier en hulpprogramma’s. Toch hebben we dezelfde commerciële noodzaak: net als bij elke andere leverancier was ons bedrijf onderhevig aan de grillen van onze klanten die bepaalden wat ze wilden, in welke hoeveelheid, wanneer en tegen welke prijs.

Of het nu gaat om het verkopen van afdrukken aan verzamelaars, het accepteren van commerciële opdrachten of internationaal reizen voor de pers, onze enige echte controle was het woord ‘nee’. We konden ervoor kiezen de aangeboden voorwaarden te accepteren of niet. En hoewel er bepaalde gebieden waren waarin we aan klanten konden leveren of juist klanten tegen elkaar konden uitspelen in een worsteling om de omstandigheden in de sector te verbeteren, heeft dit model nooit volledige zelfbeschikking geboden, zelfs niet bij het onderhandelen met agentschappen en vertegenwoordigers die fotografen aannamen om op te komen voor fotografen op de markt.

© Popel Coumou


Auteur wordt uitgever

Voor de vooruitstrevende en moedige fotografen is de situatie drastisch veranderd. Omdat de oude, bekende klanten van het leveringsmodel van onze lijst zijn verdwenen, is het gebruikelijk geworden om fotografen als ‘uitgevers’ te beschouwen. Het is duidelijk dat het nieuwe distributiesysteem zo is ingericht dat iedereen met een mobiele telefoon of een laptop zijn werk kan delen met het publiek zonder de bemiddeling van een traditionele uitgever, distributeur, adverteerder of galerie.

Maar je mist het belangrijkste punt wanneer je de nieuwe markt alleen ziet als een nieuwe vorm van levering aan klanten. Wanneer de auteur tevens uitgever wordt, zijn we plotseling bevrijd van de tirannie van de aanbodmarkt: nu zijn we echt de baas over ons eigen lot. Als uitgevers bepalen we waar we het over willen hebben, we kiezen de media om onszelf op de beste manier uit te drukken en selecteren de distributieplatforms die het meest geschikt zijn om het publiek te bereiken dat we willen.

Wanneer de auteur tevens uitgever wordt, zijn we plotseling bevrijd van de tirannie van de aanbodmarkt

Bovendien behouden we de controle over onze relatie met onze gemeenschappen (wat we vroeger publiek noemden) en we hebben een actieve rol bij het beheren van feedback en resultaten. We beheren nu zelfs de mogelijkheden om ook inkomsten te genereren met onze aanwezigheid in cultuur. Het verbijstert me dat iedereen het oude systeem beter zou vinden, omdat we het toelieten om alleen maar voor de veiligheid van een contract de keuze van wat we fotografeerden ​​en onze verantwoordelijkheid voor het beeld aan de redacteur over te laten (of aan de kunstkoper of de galeriehouder).  We worden niet langer gekenmerkt door één enkele vaardigheid (het maken van afbeeldingen) en we hoeven ons ook niet aan onze klanten vast te houden om te beslissen wat te fotograferen, wanneer en tegen welke prijs.

Wat willen we bereiken

Maar met vrijheid komt verantwoordelijkheid en, zoals de existentialisten al aanduidden, komt bij deze zelfbeschikking twijfel en angst voor het verlies van onschuld en een grotere kans om te mislukken.

Het was vroeger gemakkelijk om anderen de schuld te geven wanneer onze beelden hun publiek niet bereikten of wanneer zij niet inspireerden tot de veranderingen waarop wij hoopten. (Deze klacht is mogelijk niet van toepassing in de reclamewereld, waar foto’s hele populaties hebben bereikt en een primaire motor zijn geweest voor gedragsverandering, hoewel weinigen van ons het echt tot hun levensdoelstelling hebben gemaakt om meer consumptie van commerciële producten te genereren…)

Maar nu kunnen we kijken naar wat we het meest willen bereiken met onze afbeeldingen, en als we tekortschieten is het mogelijk om daar een ​​oplossing voor te vinden. We kunnen veel meer doen dan het afwerken van onze klantenlijst om een volgende koper te vinden. De oplossingen zullen voor elke fotograaf anders zijn. Het is aan ieder van ons om onze sterke punten te vinden en om onszelf op onze eigen manier relevant te maken.

De wereld staat niet meer aan de deur te trappelen van de uitvinder van de beste muizenval. Hetzelfde geldt voor de beste foto’s. Met een mobiele telefoon in elke zak is er geen gebrek aan geweldige beelden in de wereld.

© Popel Coumou
Van Popel Coumou verscheen een portfolio in nummer 9 van Pf 2018.


Wie ben jij?

Grant Scott heeft in zijn recente artikel Transformations and Convergences dit als uitgangspunt genomen voor het scheppen van een nieuwe houding ten opzichte van een carrière als professionele fotograaf. Hij wijst erop dat het niet meer toereikend is om aan een klant foto’s te verkopen op basis van de kwaliteit van jouw beeldmateriaal. We moeten andere kwaliteiten vinden waarmee we onze waarde kunnen meten. Er is geen algemene oplossing voor de commerciële problemen waarmee de hedendaagse professionele fotograaf wordt geconfronteerd, maar eerder een groot aantal (misschien wel een oneindig aantal) individuele oplossingen.

Zijn we kaarsenmakers of scheppers van licht?

De juiste reactie op de vraag ‘wat zal ik nu doen?’ zal beginnen met ‘wie ben jij en wat probeer je te bereiken?’ De creatieve benadering die het werk van de ene fotograaf van de andere onderscheidt, is niet zo verschillend van de creativiteit die nodig is om nieuwe zakelijke kansen te bedenken. Het begint met het anders zien van de wereld. Probeer niet te denken aan fotografie als het resultaat van je werk, maar eerder als middel om een ​​doel te bereiken. Richard Stacy, een consultant op social media, stelt de vraag over elk beroep: “Zijn we kaarsenmakers of scheppers van licht?”

Creatieve kracht

Als we inderdaad onszelf strikt willen definiëren als fotografen, zullen we ons heel snel bevinden in een weliswaar bevredigende, maar tevens armoedige ambachtelijke niche. Maar als we verder kijken dan de defensieve muren die zijn opgebouwd om de commerciële structuren van de vorige eeuw te verdedigen, zien we dat de rest van de wereld een levendig gesprek voert met en over visuele beelden. Misschien kunnen we door deel te nemen aan dat gesprek meer profiteren dan dat we erop verliezen.

Maar mogelijk verlies maakt deel uit van het proces en we zullen de wereld niet overhalen om de dingen te blijven zien zoals ze vroeger waren. We zouden het zelfs niet moeten proberen. Er was veel mis met de manier waarop dingen waren en nu leven we in een bevoorrecht moment waar verandering mogelijk is. Zelfs meer dan mogelijk, het gebeurt of we eraan meedoen of niet. Door dezelfde creatieve kracht te gebruiken van een geweldige beeldmaker kunnen we allemaal ons ​​eigen aandeel krijgen in de transformerende wereld van visuele communicatie.

Lees meer www.stephenmayes.co