terug

Het doel van de compositie

Een compositie in een foto is een ordening, het is een wijze waarop beeldelementen gearrangeerd zijn. Soms doen we dat direct. Bij een stilleven in de studio schuiven we met voorwerpen voor de lens. Meestal doen we dat indirect. Een fotojournalist ordent door te selecteren, van standpunt te wisselen, te kaderen, te zoomen en bij bewegende onderwerpen te timen. Voor veel schilders moet onze indirecte werkwijze kunstmatig en onbeholpen overkomen. Waarom willen we eigenlijk ordenen? Als je die vraag aan fotografen stelt is het meest gehoorde antwoord: vanwege de esthetiek.

door Pieter van Leeuwen

Schoonheid

Compositie is een vormspel waarbij met lijnen, vlakken en de posities van onderwerpen een voor het oog aangenaam geheel wordt gecreëerd. Met de gulden snede regel wordt het onderwerp op een positie gezet die in balans voelt maar toch enige spanning geeft. Dat kan ook met een symmetrische op bouw. Kaderranden snijden beeldelementen niet of juist resoluut aan. Perspectieflijnen geven een gevoel van driedimensionaliteit, net als een ordening van beeldelementen van voor naar achter. We hebben een groot arsenaal aan compositiehulpmiddelen ter beschikking. Zo kun je door perspectieflijnen weg te laten een beeld juist plat laten ogen.

Veel compositieregels kome uit de klassieke compositieleer. De klassieke insteek geeft niet alleen de fotograaf maar ook de kijker houvast. Toepassing zorgt voor een vertrouwd, herkenbaar en vaak makkelijk leesbaar vormenspel.

Het is uiteraard geen verplichting om de klassieke regels in de fotografie toe te passen.

Ongeveer een eeuw geleden zijn fotografen onderwerpen schuin gaan fotograferen, patronen gaan zoeken, naar alternatieve vormen van balans gaan zoeken en zijn ze bijvoorbeeld de camera recht naar beneden gaan richten. De klassieke leer is niet leidend meer, maar de mogelijkheden die een situatie biedt. In de modernistische fotografie van de Nieuwe Zakelijkheid aan het begin van de 20e eeuw draait het minder om balans en orde en meer om spanning en verrassing. Compositie is niet het enige register dat wordt opengetrokken om het oog te prikkelen. Lichtval, kleur, tonen, spelen met scherp en onscherp en het benadrukken of juist laten wegvallen van structuren spelen ook een rol.

Den Haag – Koningin Beatrix laatste openingshandeling als koningin, opening van een huygens tentoonstelling in de Grote Kerk van Den Haag. Foto: Raymond Rutting / De Volkskrant

Duidelijkheid

Ordenen lijkt op opruimen, en zo werkt het in de compositie ook. Door orde in chaos te scheppen wordt een beeld beter leesbaar. Als fotograaf help je met je compositie een beschouwer het beeld te laten bekijken zoals het door jou bedoeld is. Esthetisch, maar vooral inhoudelijk. De fotograaf filtert visuele prikkels in de wereld om hem heen. Een deel ziet hij als betekenisvol, de rest niet. Compositie helpt de betekenisvolle beeldelementen een juiste plaats in het kader te geven. Deze wordt aangevuld met discriminerende fotografische hulpmiddelen als scherpte versus onscherpte, licht en donker, en kleur- en tooncontrasten.

Maar ook veel van de andere middelen die we voor de esthetiek inzetten kunnen nuttig zijn, zoals lijnen en vlakken. Dit wordt aangevuld met extra hulpmiddelen. Zo trekken grote objecten meestal meer aandacht dan kleine en objecten op de voorgrond meer dan die op de achtergrond. Tegelijkertijd interacteren de betekenissen van wat je op de foto ziet met het vormspel. Sommige elementen zijn qua betekenis zo zwaar beladen dat ze als een magneet op ons oog werken. Dit moet natuurlijk gelden vo     or het hoofd onderwerp, zo niet dan zou dat een storend element zijn.

Hoe drukker en complexer een foto is, hoe relevanter het wordt dat door de ordening er toch een helder verhaal overkomt. Bij veel beeldelementen wil de fotograaf verduidelijken welke onderwerpen cruciaal zijn, welke een bijrol spelen en welke niet meetellen. Als fotograaf wil je relaties tussen verschillende onderwerpen blootleggen en meegeven wat ze voor jou betekenen. Zo kun je compositie inzetten om jouw verhaal te vertellen.

 

Inhoud

Raymond Rutting heeft tijdens zijn werk voor de Volkskrant regelmatig koningin Beatrix voor de lens gehad. Deze foto is van haar laatste publieke optreden, het openen van een tentoonstelling. Ze is het hoofdonderwerp van de foto, maar staat vrij klein in beeld. Dat wordt op een aantal manieren gecompenseerd. Zo wordt ze uitgelicht door haar in het best verlichte deel van de foto te laten zien. Door het spotlicht op de deur wordt dat effect nog eens versterkt. Ze krijgt nadruk door kleurcontrast. De kleuren van haar kleding zijn fel, alle andere kleuren gedempt. Ze wordt dubbel ingekaderd.

Het tweede kader wordt door de openzwaaiende deuren gevormd. Dat kader krijgt op twee manieren extra nadruk. Rutting laat de deurpost parallel aan het beeldkader lopen, en de deuren zwaaien open. Deze foto gaat over meer dan de koningin. Hij draait om de publieke cultuur rond het koningshuis, ingebed in oude tradities. Dat wordt meegegeven door wat verder in het ruime kader gebeurt. De deuren worden voor haar geopend door personeel die zich als lakeien gedragen. De lichaamstaal van beide heren is vol op de koningin gericht.  Met hun armen sturen ze ons oog op weer een andere manier richting de koningin. Er is zo gekaderd dat zij en de op paleisdeuren lijkende kerkdeuren ook vol in beeld zijn. Door de entourage recht en frontaal te fotograferen worden die belangrijk. Met de vele verticalen krijgt de foto als geheel iets monumentaals. De foto heeft de voorpagina van de Volkskrant gehaald en veel reacties opgeroepen.

 

Vorm

Rutting is een journalistiek en documentair werkende fotograaf met een scherp oog voor esthetiek. In dit beeld speelt het vlakkenspel een grote rol. Er wordt de kijker een reeks rechthoeken gepresenteerd. Die worden benadrukt door de deurposten parallel aan de kaderranden te laten lopen. De foto is symmetrisch opgebouwd met de koningin middenin en het personeel aan beide zijkanten. Bovendien zie je links en rechts twee even grote deuren. Hetzelfde geldt voor het licht, met een vergelijkbare val op beide deuren en nadruk op het midden. Maar er zijn links en rechts ook wat verschillen die het geheel levendig houden. Er wordt op een bijzondere manier met diepte gespeeld. Door frontaal en met een telelens te fotograferen suggereert Rutting tweedimensionaliteit. Maar omdat je tussen de deuren door kunt kijken, waar achter zich het hoofdonderwerp bevindt, creëert hij ook een dieptegevoel. Hetzelfde doet hij met kleuren. Zachte kleuren voorin, felle achterin. Beide onverwachte effecten maken de foto ongewoon en prikkelen je om er langer bij stil te staan.

Mocht je de komende tijd meer willen weten over Compositie, neem dan nu een abonnement op Pf Fotografie Magazine! Ga naar: www.pf.nl/aanbieding-2