Olympus OM-D E-M1 Mark II
De iers-Franse fotograaf Brendan de Clercq is ‘booming’ in portretland. Magazines en artiesten staan in de rij om door hem te worden vastgelegd. Als Olympus Visionary werkt hij volledig spiegelloos. Hij vindt dat Olympus spiegelloze camera’s bijzonder veel voordelen hebben ten opzichte van DSLr. ”Ik zie alleen maar voordelen. Ik wil het vooroordeel wegnemen dat je als fotograaf niet professioneel kunt werken met dit soort camera’s.” De Olympus OM-D E-M1 Mark II heeft een TIPA Award voor de beste mirroless CSC Camera.
Zo’n zeven jaar geleden werd De Clercq (1964) Visionary – een mooi woord voor ambassadeur – voor Olympus. “Het betekent voor mij dat ik 24-7 bezig ben om collega’s te overtuigen van de kracht van Olympus. Ik geef masterclasses in heel Europa en beantwoord veel vragen op social media. Ook help ik in Duitsland mee aan de ontwikkeling van nieuwe modellen met mijn ervaringskennis.”
Kop op TV
Als we De Clercq te pakken proberen te krijgen voor dit interview is dat lastig plannen, tussen shoots in Zweden en Ibiza, en lezingen in Duitsland in. “Ik ben superdruk inderdaad”, lacht hij. “Dat had ik niet gedacht toen ik op mijn twaalfde als broekie begon te fotograferen. Mijn recente tv-optredens in Het Perfecte Plaatje, RTL Live en Hotel Syndroom hebben me veel bekendheid opgeleverd. Als je met je kop op tv komt, willen mensen met je werken, ook BN’ers. Gaaf hoe dat werkt.”
De Clercq heeft inhoudelijk een vrije, unieke visie op waar een portret aan moet voldoen. “Ik denk dat mijn voornaamste kwaliteit is dat ik ruim de tijd neem om mensen op de foto te zetten, minimaal twee uur. Ik heb er een hekel aan als het binnen tien minuten klaar moet zijn”, aldus De Clercq. “Ik probeer mensen echt te scannen.” Dat begint bij De Clercq al bij binnenkomst. “Bij het handen schudden doe ik vaak expres een stapje naar voren. Als mensen dan een stapje achteruit doen, is er nog sprake van veel spanning. Dat probeer ik er vervolgens uit te krijgen. Vaak zeg ik ook: ‘Neem je theetje maar even mee naar de set, dan kan ik vast het licht checken’. En tijdens dat licht checken, maak ik soms de mooiste foto’s zonder dat mensen het door hebben.”
“Een portret moet iets echts hebben”, vindt De Clercq, ”en dat bereik je alleen door de tijd te nemen. Je ziet het gelijk als de sfeer op de foto niet klopt. Het allermooiste vind ik als er meerdere lagen in zo’n foto ontstaan door de emoties die erop te zien zijn.” De Clercq legt de lat hoog voor zichzelf. “Ik heb een lijfspreuk bedacht: ‘One day I will make the world’s most perfect portrait’. En dat ben ik ook echt van plan, daar wil ik voor knokken.”
‘Spiegelloos kom ik veel dichterbij’
Spiegelloos
Anders dan de meeste portretfotografen werkt De Clercq met spiegelloze Olympus camera’s. Een vooruitstrevende keuze. “ Tja, het is maar hoe je het bekijkt. Ik zie gewoon veel voordelen in het werken met spiegelloze camera’s. Ten eerste kan alles wat ik nodig heb gewoon mee in de handbagage. Alle body’s, objectieven en accessoires stop ik bij elkaar. Met een DSLR is alles door die spiegel toch veel logger gebouwd. En dan passen er ook nog twee Profoto B1 koppen bij.” Verder vindt De Clercq de aspect ratio (4:3) van Olympus heel prettig. “Ik heb vroeger veel op 6 bij 7cm gewerkt, in het analoge tijdperk. Dus Micro Four Thirds past daar beter bij dan de 2:3 verhouding van een DSLR. Als ik soms door een spiegelreflex kijk, schrik ik ervan hoe breed het beeld is.”
Loeischerp
De Clercq krijgt als ambassadeur veel vragen over de overstap naar Olympus . “Veel fotografen vragen zich bijvoorbeeld af of een elektronische zoeker wel een voordeel is. Ik geef toe dat ik twee weken heb moeten wennen, maar nu wil ik niet meer anders”, aldus de fotograaf. “Ik mis nu namelijk geen opname meer. Met een spiegel zie je het moment van opnemen niet, en je moet de camera van je oog halen om het resultaat te zien. Nu houd ik mijn camera gewoon aan het oog, en ik zie na de opname net even een seconde het resultaat, voor het beeld weer naar live gaat. Dat werkt erg prettig.”
Een andere vraag die De Clercq vaak krijgt, is of hij wel genoeg scherptediepte in zijn beelden kan krijgen, omdat de sensor kleiner is dan fullframe. “Gelukkig heeft Olympus prachtige objectieven in het assortiment, met bijvoorbeeld een 45mm 1.8. Dat is dus mijn favoriete objectief geworden. Het mooie eraan is dat hij al direct op 1.8 loeischerp is, waar andere objectieven vaak één of twee stops diafragmering nodig hebben om de optimale scherpte te realiseren. De scherpte ondiepte doet op deze manier dus zeker niet onder voor een DSLR.”
Contact
De Clercq werkt met de Olympus E-M1 Mark II systeemcamera en de Pen-F. “De keuze hangt af van het soort opdracht. Voor portretten vind ik het heerlijk om met de Pen-F in combinatie met een 45mm te werken. De camera is zo klein dat je optimaal contact houdt met je model, je gaat niet helemaal achter de camera schuil. Voor fashion en studio werk ik het liefst met de E-M1 Mark II. Olympus heeft daar een paar pareltjes van objectieven bij. Voor het snelle werk vind ik de 40-150mm erg fijn, die gebruik ik bij modeshows bijvoorbeeld, maar ook de 12-40mm vind ik heerlijk werken. En natuurlijk de Rolls- Royce van Olympus, de 75mm/1.8. Die is zo ongelofelijk scherp, ik heb nog nooit zoiets gezien.”
“Ik heb een lijfspreuk bedacht: ‘One day I will make the world’s most perfect portrait’”
Feenstra
Naast zijn opdrachtwerk is De Clercq ook bezig een unieke samenwerking op touw te zetten. “Ik heb Kim Feenstra bij Het Perfecte Plaatje leren kennen, en we zijn van plan een soort duo te worden. Een beetje zoals Van Lamsweerde en Matadin. We passen naadloos bij elkaar. Kim heeft – met vijftien jaar modelervaring – een enorme kennis van de fashionwereld. Ze kan modellen perfect sturen in houdingen en uitstraling. Bovendien zijn we beide knokkers, ze had mijn dochter kunnen zijn”, lacht hij.